NL: doorschemeren U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
Voltooid deelwoord |
doorgeschemerd
|
Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik schemer door jij schemert door hij schemert door wij schemeren door jullie schemeren door zij schemeren door
|
Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik doorschemer dat jij doorschemert dat hij doorschemert dat wij doorschemeren dat jullie doorschemeren dat zij doorschemeren
|
Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb doorgeschemerd jij hebt doorgeschemerd hij heeft doorgeschemerd wij hebben doorgeschemerd jullie hebben doorgeschemerd zij hebben doorgeschemerd
|
Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik schemerde door jij schemerde door hij schemerde door wij schemerden door jullie schemerden door zij schemerden door
|
Verleden tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik doorschemerde dat jij doorschemerde dat hij doorschemerde dat wij doorschemerden dat jullie doorschemerden dat zij doorschemerden
|
Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had doorgeschemerd jij had doorgeschemerd hij had doorgeschemerd wij hadden doorgeschemerd jullie hadden doorgeschemerd zij hadden doorgeschemerd
|
Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal doorschemeren jij zult doorschemeren hij zal doorschemeren wij zullen doorschemeren jullie zullen doorschemeren zij zullen doorschemeren
|
Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal doorgeschemerd hebben jij zult doorgeschemerd hebben hij zal doorgeschemerd hebben wij zullen doorgeschemerd hebben jullie zullen doorgeschemerd hebben zij zullen doorgeschemerd hebben
|
Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou doorschemeren jij zou doorschemeren hij zou doorschemeren wij zouden doorschemeren jullie zouden doorschemeren zij zouden doorschemeren
|
Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou doorgeschemerd hebben jij zou doorgeschemerd hebben hij zou doorgeschemerd hebben wij zouden doorgeschemerd hebben jullie zouden doorgeschemerd hebben zij zouden doorgeschemerd hebben
|
Gebiedende wijs |
schemer door
|
Aanvoegende wijs |
doorschemere |