Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: doorhakken

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
doorgehakt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik hak door
jij hakt door
hij hakt door
wij hakken door
jullie hakken door
zij hakken door

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik doorhak
dat jij doorhakt
dat hij doorhakt
dat wij doorhakken
dat jullie doorhakken
dat zij doorhakken

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb doorgehakt
jij hebt doorgehakt
hij heeft doorgehakt
wij hebben doorgehakt
jullie hebben doorgehakt
zij hebben doorgehakt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik hakte door
jij hakte door
hij hakte door
wij hakten door
jullie hakten door
zij hakten door

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik doorhakte
dat jij doorhakte
dat hij doorhakte
dat wij doorhakten
dat jullie doorhakten
dat zij doorhakten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had doorgehakt
jij had doorgehakt
hij had doorgehakt
wij hadden doorgehakt
jullie hadden doorgehakt
zij hadden doorgehakt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal doorhakken
jij zult doorhakken
hij zal doorhakken
wij zullen doorhakken
jullie zullen doorhakken
zij zullen doorhakken

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal doorgehakt hebben
jij zult doorgehakt hebben
hij zal doorgehakt hebben
wij zullen doorgehakt hebben
jullie zullen doorgehakt hebben
zij zullen doorgehakt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou doorhakken
jij zou doorhakken
hij zou doorhakken
wij zouden doorhakken
jullie zouden doorhakken
zij zouden doorhakken

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou doorgehakt hebben
jij zou doorgehakt hebben
hij zou doorgehakt hebben
wij zouden doorgehakt hebben
jullie zouden doorgehakt hebben
zij zouden doorgehakt hebben

Gebiedende wijs
hak door

Aanvoegende wijs
doorhakke

Voorbeelden

  1. Alles behalve de ruggegraat doorhakken
    Anything other than cutting the cord
  2. Laat de president de knoop doorhakken.
    The President should stop this pageant and simply make the call.
  3. het duivelse zwaard dat alles kan doorhakken.
    The devilish sword that can cut through anything.
  4. Ik ben zo sterk, Ik kan bergen doorhakken.
    I am so strong, I can uproot the Mountains
  5. Ik moet de knoop doorhakken en dat deed ik.
    I 'm the one who has to decide and that 's what I 've done.
  6. Als we het opgeven, moeten we gewoon de knoop doorhakken.
    If we 're giving up, we simply have to bite the bullet.
  7. Waarom voelt het da alsof we een mythologische knoop doorhakken?
    W-why--why does it feel like We 're cutting some mythological tie?
  8. Geweldig, het werd tijd dat jullie de knoop gingen doorhakken.
    Oh, that is terrific! It 's about time you two settled down.
  9. We hebben nog een paar dagen voordat we de knoop doorhakken.
    We have a few days before we have to make our decision.
  10. Ik weet niet of ik de knoop moet doorhakken of zoiets.
    I don 't know if I should pull the plug or what.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden