Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: doodliggen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
doodgelegen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik lig dood
jij ligt dood
hij ligt dood
wij liggen dood
jullie liggen dood
zij liggen dood

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik doodlig
dat jij doodligt
dat hij doodligt
dat wij doodliggen
dat jullie doodliggen
dat zij doodliggen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb doodgelegen
jij hebt doodgelegen
hij heeft doodgelegen
wij hebben doodgelegen
jullie hebben doodgelegen
zij hebben doodgelegen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik lag dood
jij lag dood
hij lag dood
wij lagen dood
jullie lagen dood
zij lagen dood

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik doodlag
dat jij doodlag
dat hij doodlag
dat wij doodlagen
dat jullie doodlagen
dat zij doodlagen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had doodgelegen
jij had doodgelegen
hij had doodgelegen
wij hadden doodgelegen
jullie hadden doodgelegen
zij hadden doodgelegen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal doodliggen
jij zult doodliggen
hij zal doodliggen
wij zullen doodliggen
jullie zullen doodliggen
zij zullen doodliggen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal doodgelegen hebben
jij zult doodgelegen hebben
hij zal doodgelegen hebben
wij zullen doodgelegen hebben
jullie zullen doodgelegen hebben
zij zullen doodgelegen hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou doodliggen
jij zou doodliggen
hij zou doodliggen
wij zouden doodliggen
jullie zouden doodliggen
zij zouden doodliggen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou doodgelegen hebben
jij zou doodgelegen hebben
hij zou doodgelegen hebben
wij zouden doodgelegen hebben
jullie zouden doodgelegen hebben
zij zouden doodgelegen hebben

Gebiedende wijs
lig dood

Aanvoegende wijs
doodligge

Voorbeelden

  1. Ga je nu rollen en doodliggen?
    Da will man am liebsten tot umfallen.
  2. Dan heeft ie dit goed gedaan. Rollen en doodliggen. Het zij zo.
    He's made the right choice: Roll over and die. Let him be.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden