Voorbeelden

1. you purge dissent.
   doodt u zijn ideeën.
2. The dissent memo, yes.
   De motie van wantrouwen, ja.
3. Was there any dissent?
   Waren er meningsverschillen?
4. It 's about stifling dissent.
   Maar om iemand een mening op te dringen.
5. Magazines like Zero exist on dissent.
   Bladen zoals Zero bestaan uit non-acceptatie.
6. We must dissent from the indifference.
   We moeten afstand nemen van onverschilligheid.
7. Country was born in violence and dissent.
   Het land is geboren in geweld en dissidenten.
8. He can internationalise the dissent, start to.
   Hij kan het geschil internationaliseren, of een begin maken.
9. We must not confuse dissent with disloyalty.
   Wij mogen dissent niet verwarren met ontrouw.
10. But there is growing dissent in the ranks.
    Maar er ontstaan meningsverschillen in de gelederen.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden

Duitse werkwoorden

Engelse werkwoorden

Franse werkwoorden

Spaanse werkwoorden