Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: discrimineren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gediscrimineerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik discrimineer
jij discrimineert
hij discrimineert
wij discrimineren
jullie discrimineren
zij discrimineren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gediscrimineerd
jij hebt gediscrimineerd
hij heeft gediscrimineerd
wij hebben gediscrimineerd
jullie hebben gediscrimineerd
zij hebben gediscrimineerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik discrimineerde
jij discrimineerde
hij discrimineerde
wij discrimineerden
jullie discrimineerden
zij discrimineerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gediscrimineerd
jij had gediscrimineerd
hij had gediscrimineerd
wij hadden gediscrimineerd
jullie hadden gediscrimineerd
zij hadden gediscrimineerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal discrimineren
jij zult discrimineren
hij zal discrimineren
wij zullen discrimineren
jullie zullen discrimineren
zij zullen discrimineren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gediscrimineerd hebben
jij zult gediscrimineerd hebben
hij zal gediscrimineerd hebben
wij zullen gediscrimineerd hebben
jullie zullen gediscrimineerd hebben
zij zullen gediscrimineerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou discrimineren
jij zou discrimineren
hij zou discrimineren
wij zouden discrimineren
jullie zouden discrimineren
zij zouden discrimineren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gediscrimineerd hebben
jij zou gediscrimineerd hebben
hij zou gediscrimineerd hebben
wij zouden gediscrimineerd hebben
jullie zouden gediscrimineerd hebben
zij zouden gediscrimineerd hebben

Gebiedende wijs
discrimineer

Aanvoegende wijs
discriminere

Voorbeelden

  1. Ik discrimineer niemand.
    I 'm not an ageist.
  2. Discrimineer, ga je gang.
    Discriminate, go ahead.
  3. Discrimineer je nu bruinharigen?
    Now you discriminate against brunettes?
  4. Ik discrimineer iedereen gelijk.
    I discriminate against everyone equally.
  5. Ik discrimineer als een dom blondje.
    I 'm discriminated against as a blonde.
  6. Niet discrimineren.
    Not discriminate.
  7. Nou, je weet dat ik niet discrimineer en kleurenblind ben, en dat deze vraag mij verward.
    Well, you know, I 'm post-racial and colorblind and also confused by the question.
  8. Niet discrimineren, vriend.
    Don 't discriminate, bro.
  9. Niet discrimineren, Jeremy!
    Don 't discriminate, Jeremy!
  10. Ja, we discrimineren niet.
    Yeah, we don 't discriminate.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden