1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. disbelieve

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to disbelieve    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
disbelieving

Present simple (ott)
I disbelieve
you disbelieve
he disbelieves
we disbelieve
you disbelieve
they disbelieve

Present perfect (vtt)
I have disbelieved
you have disbelieved
he has disbelieved
we have disbelieved
you have disbelieved
they have disbelieved

Past Simple (ovt)
I disbelieved
you disbelieved
he disbelieved
we disbelieved
you disbelieved
they disbelieved

Past perfect (vvt)
I had disbelieved
you had disbelieved
he had disbelieved
we had disbelieved
you had disbelieved
they had disbelieved

Present future (ottt)
I will disbelieve
you will disbelieve
he will disbelieve
we will disbelieve
you will disbelieve
they will disbelieve

Present future perfect (vttt)
I will have disbelieved
you will have disbelieved
he will have disbelieved
we will have disbelieved
you will have disbelieved
they will have disbelieved

Past future (ovtt)
I would disbelieve
you would disbelieve
he would disbelieve
we would disbelieve
you would disbelieve
they would disbelieve

Past future perfect (vvtt)
I would have disbelieved
you would have disbelieved
he would have disbelieved
we would have disbelieved
you would have disbelieved
they would have disbelieved


Voorbeelden

  1. I didn 't disbelieve her.
    Ik geloofde haar.
  2. I don 't disbelieve you.
    Het is niet dat ik je niet geloof.
  3. The outcome is only uncertain for those who disbelieve.
    Het resultaat is enkel onzeker voor hen die niet geloven.
  4. You can not be a yoke of those who disbelieve.
    Ga niet gebukt onder het juk van de ongelovigen.
  5. Then why the hell are you so quick to disbelieve me?
    Waarom wilt u me dan niet geloven?
  6. Surely you don 't disbelieve the prophecies because you helped bring them about?
    Het is toch niet dat je de profetieën niet gelooft... omdat je ze hielp verwezenlijken?
  7. You may disbelieve it if you choose... but you are all I have now.
    Je kan me niet geloven als je dat wilt... maar jij bent het enige wat ik nu nog heb.
  8. I 'm going to say something and your instinct is going to be to disbelieve it, but...
    Ik ga wat zeggen en je zult geneigd zijn het niet te geloven, maar... Tot je het zegt,...

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try