NL: detailleren U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
gedetailleerd
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik detailleer jij detailleert hij detailleert wij detailleren jullie detailleren zij detailleren
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb gedetailleerd jij hebt gedetailleerd hij heeft gedetailleerd wij hebben gedetailleerd jullie hebben gedetailleerd zij hebben gedetailleerd
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik detailleerde jij detailleerde hij detailleerde wij detailleerden jullie detailleerden zij detailleerden
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had gedetailleerd jij had gedetailleerd hij had gedetailleerd wij hadden gedetailleerd jullie hadden gedetailleerd zij hadden gedetailleerd
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal detailleren jij zult detailleren hij zal detailleren wij zullen detailleren jullie zullen detailleren zij zullen detailleren
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal gedetailleerd hebben jij zult gedetailleerd hebben hij zal gedetailleerd hebben wij zullen gedetailleerd hebben jullie zullen gedetailleerd hebben zij zullen gedetailleerd hebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou detailleren jij zou detailleren hij zou detailleren wij zouden detailleren jullie zouden detailleren zij zouden detailleren
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou gedetailleerd hebben jij zou gedetailleerd hebben hij zou gedetailleerd hebben wij zouden gedetailleerd hebben jullie zouden gedetailleerd hebben zij zouden gedetailleerd hebben
|
| Gebiedende wijs |
detailleer
|
| Aanvoegende wijs |
| detaillere |