Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: desintegreren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gedesintegreerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik desintegreer
jij desintegreert
hij desintegreert
wij desintegreren
jullie desintegreren
zij desintegreren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gedesintegreerd
jij hebt gedesintegreerd
hij heeft gedesintegreerd
wij hebben gedesintegreerd
jullie hebben gedesintegreerd
zij hebben gedesintegreerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik desintegreerde
jij desintegreerde
hij desintegreerde
wij desintegreerden
jullie desintegreerden
zij desintegreerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gedesintegreerd
jij had gedesintegreerd
hij had gedesintegreerd
wij hadden gedesintegreerd
jullie hadden gedesintegreerd
zij hadden gedesintegreerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal desintegreren
jij zult desintegreren
hij zal desintegreren
wij zullen desintegreren
jullie zullen desintegreren
zij zullen desintegreren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gedesintegreerd hebben
jij zult gedesintegreerd hebben
hij zal gedesintegreerd hebben
wij zullen gedesintegreerd hebben
jullie zullen gedesintegreerd hebben
zij zullen gedesintegreerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou desintegreren
jij zou desintegreren
hij zou desintegreren
wij zouden desintegreren
jullie zouden desintegreren
zij zouden desintegreren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gedesintegreerd hebben
jij zou gedesintegreerd hebben
hij zou gedesintegreerd hebben
wij zouden gedesintegreerd hebben
jullie zouden gedesintegreerd hebben
zij zouden gedesintegreerd hebben

Gebiedende wijs
desintegreer

Aanvoegende wijs
desintegrere

Voorbeelden

  1. Ik ga je desintegreren.
    I 'm gonna disintegrate you!
  2. Nu gaan we zeker desintegreren!
    We 'll disintegrate for sure!
  3. Ze kunnen niet zomaar desintegreren!
    They wouldn 't just disintegrate!
  4. Dit oord zal spoedig desintegreren.
    This place is about to disintegrate.
  5. Het kan desintegreren en vervallen tot onbetekenend puin.
    It may disintegrate and crumble into inconsequential rubble.
  6. Of Kaagh zal jouw vrienden desintegreren, één per één.
    Or Kaagh will disintegrate your friends, one at a time.
  7. Ze zijn niet goedkoop, Ze zijn niet mooi, maar ze zullen desintegreren binnen 50 jaar.
    They 're not cheap, they 're not pretty, but they 'll disintegrate within 50 years.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden