Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: depreciëren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gedeprecieerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik deprecieer
jij deprecieert
hij deprecieert
wij depreciëren
jullie depreciëren
zij depreciëren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gedeprecieerd
jij hebt gedeprecieerd
hij heeft gedeprecieerd
wij hebben gedeprecieerd
jullie hebben gedeprecieerd
zij hebben gedeprecieerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik deprecieerde
jij deprecieerde
hij deprecieerde
wij deprecieerden
jullie deprecieerden
zij deprecieerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gedeprecieerd
jij had gedeprecieerd
hij had gedeprecieerd
wij hadden gedeprecieerd
jullie hadden gedeprecieerd
zij hadden gedeprecieerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal depreciëren
jij zult depreciëren
hij zal depreciëren
wij zullen depreciëren
jullie zullen depreciëren
zij zullen depreciëren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gedeprecieerd hebben
jij zult gedeprecieerd hebben
hij zal gedeprecieerd hebben
wij zullen gedeprecieerd hebben
jullie zullen gedeprecieerd hebben
zij zullen gedeprecieerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou depreciëren
jij zou depreciëren
hij zou depreciëren
wij zouden depreciëren
jullie zouden depreciëren
zij zouden depreciëren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gedeprecieerd hebben
jij zou gedeprecieerd hebben
hij zou gedeprecieerd hebben
wij zouden gedeprecieerd hebben
jullie zouden gedeprecieerd hebben
zij zouden gedeprecieerd hebben

Gebiedende wijs
deprecieer

Aanvoegende wijs
depreciëre

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden