Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: demobiliseren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gedemobiliseerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik demobiliseer
jij demobiliseert
hij demobiliseert
wij demobiliseren
jullie demobiliseren
zij demobiliseren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gedemobiliseerd
jij hebt gedemobiliseerd
hij heeft gedemobiliseerd
wij hebben gedemobiliseerd
jullie hebben gedemobiliseerd
zij hebben gedemobiliseerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik demobiliseerde
jij demobiliseerde
hij demobiliseerde
wij demobiliseerden
jullie demobiliseerden
zij demobiliseerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gedemobiliseerd
jij had gedemobiliseerd
hij had gedemobiliseerd
wij hadden gedemobiliseerd
jullie hadden gedemobiliseerd
zij hadden gedemobiliseerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal demobiliseren
jij zult demobiliseren
hij zal demobiliseren
wij zullen demobiliseren
jullie zullen demobiliseren
zij zullen demobiliseren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gedemobiliseerd hebben
jij zult gedemobiliseerd hebben
hij zal gedemobiliseerd hebben
wij zullen gedemobiliseerd hebben
jullie zullen gedemobiliseerd hebben
zij zullen gedemobiliseerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou demobiliseren
jij zou demobiliseren
hij zou demobiliseren
wij zouden demobiliseren
jullie zouden demobiliseren
zij zouden demobiliseren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gedemobiliseerd hebben
jij zou gedemobiliseerd hebben
hij zou gedemobiliseerd hebben
wij zouden gedemobiliseerd hebben
jullie zouden gedemobiliseerd hebben
zij zouden gedemobiliseerd hebben

Gebiedende wijs
demobiliseer

Aanvoegende wijs
demobilisere

Voorbeelden

  1. We demobiliseren.
    We are standing down.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden