Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: deinen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gedeind

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik dein
jij deint
hij deint
wij deinen
jullie deinen
zij deinen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gedeind
jij hebt gedeind
hij heeft gedeind
wij hebben gedeind
jullie hebben gedeind
zij hebben gedeind

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik deinde
jij deinde
hij deinde
wij deinden
jullie deinden
zij deinden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gedeind
jij had gedeind
hij had gedeind
wij hadden gedeind
jullie hadden gedeind
zij hadden gedeind

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal deinen
jij zult deinen
hij zal deinen
wij zullen deinen
jullie zullen deinen
zij zullen deinen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gedeind hebben
jij zult gedeind hebben
hij zal gedeind hebben
wij zullen gedeind hebben
jullie zullen gedeind hebben
zij zullen gedeind hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou deinen
jij zou deinen
hij zou deinen
wij zouden deinen
jullie zouden deinen
zij zouden deinen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gedeind hebben
jij zou gedeind hebben
hij zou gedeind hebben
wij zouden gedeind hebben
jullie zouden gedeind hebben
zij zouden gedeind hebben

Gebiedende wijs
dein

Aanvoegende wijs
deine

Voorbeelden

  1. Hun rol in dein natuur wordt rechtgezet door in Antarctica te zijn.
    Their role in nature is put right by being in Antarctica.
  2. En dan ook nog het deinen van de boot.
    And then there 's the motion of the boat.
  3. Ik had vroeger een waterbed, maar het deinen werd me teveel.
    I used to have a water bed, but the rolling got a bit much.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden