Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: cultiveren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gecultiveerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik cultiveer
jij cultiveert
hij cultiveert
wij cultiveren
jullie cultiveren
zij cultiveren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gecultiveerd
jij hebt gecultiveerd
hij heeft gecultiveerd
wij hebben gecultiveerd
jullie hebben gecultiveerd
zij hebben gecultiveerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik cultiveerde
jij cultiveerde
hij cultiveerde
wij cultiveerden
jullie cultiveerden
zij cultiveerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gecultiveerd
jij had gecultiveerd
hij had gecultiveerd
wij hadden gecultiveerd
jullie hadden gecultiveerd
zij hadden gecultiveerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal cultiveren
jij zult cultiveren
hij zal cultiveren
wij zullen cultiveren
jullie zullen cultiveren
zij zullen cultiveren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gecultiveerd hebben
jij zult gecultiveerd hebben
hij zal gecultiveerd hebben
wij zullen gecultiveerd hebben
jullie zullen gecultiveerd hebben
zij zullen gecultiveerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou cultiveren
jij zou cultiveren
hij zou cultiveren
wij zouden cultiveren
jullie zouden cultiveren
zij zouden cultiveren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gecultiveerd hebben
jij zou gecultiveerd hebben
hij zou gecultiveerd hebben
wij zouden gecultiveerd hebben
jullie zouden gecultiveerd hebben
zij zouden gecultiveerd hebben

Gebiedende wijs
cultiveer

Aanvoegende wijs
cultivere

Voorbeelden

  1. Om intimiteit te cultiveren.
    To cultivate intimacy.
  2. Wij cultiveren geen vijanden, Kapitein Hunt.
    We don 't cultivate enemies, captain Hunt.
  3. Ik zal de velden zelf cultiveren
    I will cultivate the fields myself.
  4. De mieren cultiveren de schimmel ijverig.
    And the ants cultivate it assiduously.
  5. Ze proberen hun abnormale driften te cultiveren.
    It boils down to an abnormal urge that they cultivate.
  6. Te cultiveren in plaats van te doden?
    To cultivate instead of kill?
  7. We cultiveren hem en maken Angel steeds kleiner.
    We keep building him up while we tear Angel down.
  8. Het cultiveren van de jeugd maakt een natie sterk.
    Cultivating the young builds a strong nation.
  9. Nee, gokken is een ziekte. En de casino' s cultiveren dat.
    No, now gambling is a disease, and the casinos cultivate it.
  10. Het rare bij Wipple' s is dat je deze bacteriële infectie niet kan cultiveren.
    The weird thing about Whipple 's is it 's a bacterial infection you can 't culture.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden