Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: crossen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gecrost

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik cros
jij crost
hij crost
wij crossen
jullie crossen
zij crossen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gecrost
jij hebt gecrost
hij heeft gecrost
wij hebben gecrost
jullie hebben gecrost
zij hebben gecrost

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik croste
jij croste
hij croste
wij crosten
jullie crosten
zij crosten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gecrost
jij had gecrost
hij had gecrost
wij hadden gecrost
jullie hadden gecrost
zij hadden gecrost

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal crossen
jij zult crossen
hij zal crossen
wij zullen crossen
jullie zullen crossen
zij zullen crossen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gecrost hebben
jij zult gecrost hebben
hij zal gecrost hebben
wij zullen gecrost hebben
jullie zullen gecrost hebben
zij zullen gecrost hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou crossen
jij zou crossen
hij zou crossen
wij zouden crossen
jullie zouden crossen
zij zouden crossen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gecrost hebben
jij zou gecrost hebben
hij zou gecrost hebben
wij zouden gecrost hebben
jullie zouden gecrost hebben
zij zouden gecrost hebben

Gebiedende wijs
cros

Aanvoegende wijs
crosse

Voorbeelden

  1. Ray Crossen is dood.
    Ray Crossen is dead.
  2. Jérémie, weet je waarom zwarten niet crossen?
    Jérémie, you know why black people can 't do this?
  3. Wie het bestand heeft geupload naar Crossen.
    Whoever it was uploaded the file to Crossen.
  4. Zeggende dat Crossen hen wil zien om nog iets belangrijks te bespreken.
    Tell them Crossen needs to meet to discuss an important development.
  5. We sturen een bericht van Crossen naar alle computers op die afdeling daar.
    We send a message from Crossen to every computer in the admin department.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden