Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: croonen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gecroond

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik croon
jij croont
hij croont
wij croonen
jullie croonen
zij croonen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gecroond
jij hebt gecroond
hij heeft gecroond
wij hebben gecroond
jullie hebben gecroond
zij hebben gecroond

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik croonde
jij croonde
hij croonde
wij croonden
jullie croonden
zij croonden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gecroond
jij had gecroond
hij had gecroond
wij hadden gecroond
jullie hadden gecroond
zij hadden gecroond

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal croonen
jij zult croonen
hij zal croonen
wij zullen croonen
jullie zullen croonen
zij zullen croonen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gecroond hebben
jij zult gecroond hebben
hij zal gecroond hebben
wij zullen gecroond hebben
jullie zullen gecroond hebben
zij zullen gecroond hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou croonen
jij zou croonen
hij zou croonen
wij zouden croonen
jullie zouden croonen
zij zouden croonen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gecroond hebben
jij zou gecroond hebben
hij zou gecroond hebben
wij zouden gecroond hebben
jullie zouden gecroond hebben
zij zouden gecroond hebben

Gebiedende wijs
croon

Aanvoegende wijs
croone

Voorbeelden

  1. Die jongens recht Er zou Croon.
    Those guys right there could croon.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden