1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. crinkle

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to crinkle    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
crinkling

Present simple (ott)
I crinkle
you crinkle
he crinkles
we crinkle
you crinkle
they crinkle

Present perfect (vtt)
I have crinkled
you have crinkled
he has crinkled
we have crinkled
you have crinkled
they have crinkled

Past Simple (ovt)
I crinkled
you crinkled
he crinkled
we crinkled
you crinkled
they crinkled

Past perfect (vvt)
I had crinkled
you had crinkled
he had crinkled
we had crinkled
you had crinkled
they had crinkled

Present future (ottt)
I will crinkle
you will crinkle
he will crinkle
we will crinkle
you will crinkle
they will crinkle

Present future perfect (vttt)
I will have crinkled
you will have crinkled
he will have crinkled
we will have crinkled
you will have crinkled
they will have crinkled

Past future (ovtt)
I would crinkle
you would crinkle
he would crinkle
we would crinkle
you would crinkle
they would crinkle

Past future perfect (vvtt)
I would have crinkled
you would have crinkled
he would have crinkled
we would have crinkled
you would have crinkled
they would have crinkled


Voorbeelden

  1. Don 't crinkle it.
    Niet crinkle het.
  2. Did you just crinkle?
    Kraakte jij nu net?
  3. Let things just crinkle out.
    Laat de dingen zichzelf ontwarren.
  4. There are no crinkle sounds.
    Er is geen knisper geluid.
  5. Finnegan, do any of our stores use crinkle cut pickles?
    Finnegan, ken jij een van de tenten die golvend gesneden augurken gebruikt?
  6. His eyes crinkle up and his whole face seems to smile.
    Zijn ogen verfrommelen en heel zijn gezicht lijkt te lachen.
  7. I thought I 'd just crinkle-cut them myself. Is that okay?
    Ik zal de kreukels er zelf wel in maken. ls dat ook goed?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try