Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: craven
EN: to craven    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
cravening

Present simple (ott)
I craven
you craven
he cravens
we craven
you craven
they craven

Present perfect (vtt)
I have cravened
you have cravened
he has cravened
we have cravened
you have cravened
they have cravened

Past Simple (ovt)
I cravened
you cravened
he cravened
we cravened
you cravened
they cravened

Past perfect (vvt)
I had cravened
you had cravened
he had cravened
we had cravened
you had cravened
they had cravened

Present future (ottt)
I will craven
you will craven
he will craven
we will craven
you will craven
they will craven

Present future perfect (vttt)
I will have cravened
you will have cravened
he will have cravened
we will have cravened
you will have cravened
they will have cravened

Past future (ovtt)
I would craven
you would craven
he would craven
we would craven
you would craven
they would craven

Past future perfect (vvtt)
I would have cravened
you would have cravened
he would have cravened
we would have cravened
you would have cravened
they would have cravened


Voorbeelden

  1. Craven self-preservation.
    De drang tot zelfbehoud.
  2. Mr Craven 's a...
    Mr Craven is een...
  3. Craven 's there too.
    Craven is er ook.
  4. Craven, Carpenter. Jack Hill,
    Craven, Carpenter, Jack Hill,...
  5. It 's cowardly and craven!
    Het is pure lafheid.
  6. So why dump her, Mr Craven?
    Waarom haar dumpen, Mr Craven?
  7. Come meet your fate, you Craven cur.
    Kom en zie je lot onder ogen, lafhartige hond.
  8. Why would The Powers choose this craven beast?
    Waarom kiezen de Hogere Machten zo' n laf beest?
  9. Uh, craven 's place isn 't far from here.
    Uh, plaats Craven is niet ver van hier.
  10. I 'm in west craven and we really need a ride.
    Ik ben in West Craven en we hebben echt een rit nodig.


NL: craven

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gecraved

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik crave
jij cravet
hij cravet
wij craven
jullie craven
zij craven

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gecraved
jij hebt gecraved
hij heeft gecraved
wij hebben gecraved
jullie hebben gecraved
zij hebben gecraved

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik cravede
jij cravede
hij cravede
wij craveden
jullie craveden
zij craveden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gecraved
jij had gecraved
hij had gecraved
wij hadden gecraved
jullie hadden gecraved
zij hadden gecraved

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal craven
jij zult craven
hij zal craven
wij zullen craven
jullie zullen craven
zij zullen craven

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gecraved hebben
jij zult gecraved hebben
hij zal gecraved hebben
wij zullen gecraved hebben
jullie zullen gecraved hebben
zij zullen gecraved hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou craven
jij zou craven
hij zou craven
wij zouden craven
jullie zouden craven
zij zouden craven

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gecraved hebben
jij zou gecraved hebben
hij zou gecraved hebben
wij zouden gecraved hebben
jullie zouden gecraved hebben
zij zouden gecraved hebben

Gebiedende wijs
crave

Aanvoegende wijs
crave

Voorbeelden

  1. Mr Craven is een...
    Mr Craven 's a...
  2. Craven is er ook.
    Craven 's there too.
  3. Craven, Carpenter, Jack Hill,...
    Craven, Carpenter. Jack Hill,
  4. Waarom haar dumpen, Mr Craven?
    So why dump her, Mr Craven?
  5. Uh, plaats Craven is niet ver van hier.
    Uh, craven 's place isn 't far from here.
  6. Ik heb Wes Craven niet nodig om hiervan het einde te vertellen.
    I don 't need Wes Craven to tell me how this ends.
  7. Ik ben in West Craven en we hebben echt een rit nodig.
    I 'm in west craven and we really need a ride.
  8. Uh, nee, ze net reed naar Sarah Craven' s place met Badger.
    Uh, no, she just rode up to Sarah craven 's place with Badger.
  9. Hij was hier de hele nacht en de volgende ochtend, was u niet, Mr Craven?
    He was here all night and the next orning, weren 't you, Mr Craven?
  10. Troit, denk je dat het een goed idee is om nu naar West Craven te gaan?
    Troit, do you think going to west craven now is such a good idea?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden