Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: concretiseren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geconcretiseerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik concretiseer
jij concretiseert
hij concretiseert
wij concretiseren
jullie concretiseren
zij concretiseren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geconcretiseerd
jij hebt geconcretiseerd
hij heeft geconcretiseerd
wij hebben geconcretiseerd
jullie hebben geconcretiseerd
zij hebben geconcretiseerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik concretiseerde
jij concretiseerde
hij concretiseerde
wij concretiseerden
jullie concretiseerden
zij concretiseerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geconcretiseerd
jij had geconcretiseerd
hij had geconcretiseerd
wij hadden geconcretiseerd
jullie hadden geconcretiseerd
zij hadden geconcretiseerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal concretiseren
jij zult concretiseren
hij zal concretiseren
wij zullen concretiseren
jullie zullen concretiseren
zij zullen concretiseren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geconcretiseerd hebben
jij zult geconcretiseerd hebben
hij zal geconcretiseerd hebben
wij zullen geconcretiseerd hebben
jullie zullen geconcretiseerd hebben
zij zullen geconcretiseerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou concretiseren
jij zou concretiseren
hij zou concretiseren
wij zouden concretiseren
jullie zouden concretiseren
zij zouden concretiseren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geconcretiseerd hebben
jij zou geconcretiseerd hebben
hij zou geconcretiseerd hebben
wij zouden geconcretiseerd hebben
jullie zouden geconcretiseerd hebben
zij zouden geconcretiseerd hebben

Gebiedende wijs
concretiseer

Aanvoegende wijs
concretisere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden