Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: complotteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gecomplotteerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik complotteer
jij complotteert
hij complotteert
wij complotteren
jullie complotteren
zij complotteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gecomplotteerd
jij hebt gecomplotteerd
hij heeft gecomplotteerd
wij hebben gecomplotteerd
jullie hebben gecomplotteerd
zij hebben gecomplotteerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik complotteerde
jij complotteerde
hij complotteerde
wij complotteerden
jullie complotteerden
zij complotteerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gecomplotteerd
jij had gecomplotteerd
hij had gecomplotteerd
wij hadden gecomplotteerd
jullie hadden gecomplotteerd
zij hadden gecomplotteerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal complotteren
jij zult complotteren
hij zal complotteren
wij zullen complotteren
jullie zullen complotteren
zij zullen complotteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gecomplotteerd hebben
jij zult gecomplotteerd hebben
hij zal gecomplotteerd hebben
wij zullen gecomplotteerd hebben
jullie zullen gecomplotteerd hebben
zij zullen gecomplotteerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou complotteren
jij zou complotteren
hij zou complotteren
wij zouden complotteren
jullie zouden complotteren
zij zouden complotteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gecomplotteerd hebben
jij zou gecomplotteerd hebben
hij zou gecomplotteerd hebben
wij zouden gecomplotteerd hebben
jullie zouden gecomplotteerd hebben
zij zouden gecomplotteerd hebben

Gebiedende wijs
complotteer

Aanvoegende wijs
complottere

Voorbeelden

  1. Beschuldigd van complotteren in uw naam.
    He 's accused of plotting on your behalf.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden