NL: commenteren U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
gecommenteerd
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik commenteer jij commenteert hij commenteert wij commenteren jullie commenteren zij commenteren
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb gecommenteerd jij hebt gecommenteerd hij heeft gecommenteerd wij hebben gecommenteerd jullie hebben gecommenteerd zij hebben gecommenteerd
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik commenteerde jij commenteerde hij commenteerde wij commenteerden jullie commenteerden zij commenteerden
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had gecommenteerd jij had gecommenteerd hij had gecommenteerd wij hadden gecommenteerd jullie hadden gecommenteerd zij hadden gecommenteerd
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal commenteren jij zult commenteren hij zal commenteren wij zullen commenteren jullie zullen commenteren zij zullen commenteren
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal gecommenteerd hebben jij zult gecommenteerd hebben hij zal gecommenteerd hebben wij zullen gecommenteerd hebben jullie zullen gecommenteerd hebben zij zullen gecommenteerd hebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou commenteren jij zou commenteren hij zou commenteren wij zouden commenteren jullie zouden commenteren zij zouden commenteren
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou gecommenteerd hebben jij zou gecommenteerd hebben hij zou gecommenteerd hebben wij zouden gecommenteerd hebben jullie zouden gecommenteerd hebben zij zouden gecommenteerd hebben
|
| Gebiedende wijs |
commenteer
|
| Aanvoegende wijs |
| commentere |