Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: chargeren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gechargeerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik chargeer
jij chargeert
hij chargeert
wij chargeren
jullie chargeren
zij chargeren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gechargeerd
jij hebt gechargeerd
hij heeft gechargeerd
wij hebben gechargeerd
jullie hebben gechargeerd
zij hebben gechargeerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik chargeerde
jij chargeerde
hij chargeerde
wij chargeerden
jullie chargeerden
zij chargeerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gechargeerd
jij had gechargeerd
hij had gechargeerd
wij hadden gechargeerd
jullie hadden gechargeerd
zij hadden gechargeerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal chargeren
jij zult chargeren
hij zal chargeren
wij zullen chargeren
jullie zullen chargeren
zij zullen chargeren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gechargeerd hebben
jij zult gechargeerd hebben
hij zal gechargeerd hebben
wij zullen gechargeerd hebben
jullie zullen gechargeerd hebben
zij zullen gechargeerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou chargeren
jij zou chargeren
hij zou chargeren
wij zouden chargeren
jullie zouden chargeren
zij zouden chargeren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gechargeerd hebben
jij zou gechargeerd hebben
hij zou gechargeerd hebben
wij zouden gechargeerd hebben
jullie zouden gechargeerd hebben
zij zouden gechargeerd hebben

Gebiedende wijs
chargeer

Aanvoegende wijs
chargere

Voorbeelden

  1. Ze zal niet chargeren tenzij ze echt dichtbij kan komen.
    She won 't charge unless she gets really close.
  2. Die gaf zijn cavalerie bevel tot chargeren voordat de strijd begonnen was.
    He was exiled after ordering a cavalry attack before the battle even began.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden