Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: captiveren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gecaptiveerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik captiveer
jij captiveert
hij captiveert
wij captiveren
jullie captiveren
zij captiveren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gecaptiveerd
jij hebt gecaptiveerd
hij heeft gecaptiveerd
wij hebben gecaptiveerd
jullie hebben gecaptiveerd
zij hebben gecaptiveerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik captiveerde
jij captiveerde
hij captiveerde
wij captiveerden
jullie captiveerden
zij captiveerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gecaptiveerd
jij had gecaptiveerd
hij had gecaptiveerd
wij hadden gecaptiveerd
jullie hadden gecaptiveerd
zij hadden gecaptiveerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal captiveren
jij zult captiveren
hij zal captiveren
wij zullen captiveren
jullie zullen captiveren
zij zullen captiveren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gecaptiveerd hebben
jij zult gecaptiveerd hebben
hij zal gecaptiveerd hebben
wij zullen gecaptiveerd hebben
jullie zullen gecaptiveerd hebben
zij zullen gecaptiveerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou captiveren
jij zou captiveren
hij zou captiveren
wij zouden captiveren
jullie zouden captiveren
zij zouden captiveren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gecaptiveerd hebben
jij zou gecaptiveerd hebben
hij zou gecaptiveerd hebben
wij zouden gecaptiveerd hebben
jullie zouden gecaptiveerd hebben
zij zouden gecaptiveerd hebben

Gebiedende wijs
captiveer

Aanvoegende wijs
captivere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden