Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: caloriseren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gecaloriseerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik caloriseer
jij caloriseert
hij caloriseert
wij caloriseren
jullie caloriseren
zij caloriseren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gecaloriseerd
jij hebt gecaloriseerd
hij heeft gecaloriseerd
wij hebben gecaloriseerd
jullie hebben gecaloriseerd
zij hebben gecaloriseerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik caloriseerde
jij caloriseerde
hij caloriseerde
wij caloriseerden
jullie caloriseerden
zij caloriseerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gecaloriseerd
jij had gecaloriseerd
hij had gecaloriseerd
wij hadden gecaloriseerd
jullie hadden gecaloriseerd
zij hadden gecaloriseerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal caloriseren
jij zult caloriseren
hij zal caloriseren
wij zullen caloriseren
jullie zullen caloriseren
zij zullen caloriseren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gecaloriseerd hebben
jij zult gecaloriseerd hebben
hij zal gecaloriseerd hebben
wij zullen gecaloriseerd hebben
jullie zullen gecaloriseerd hebben
zij zullen gecaloriseerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou caloriseren
jij zou caloriseren
hij zou caloriseren
wij zouden caloriseren
jullie zouden caloriseren
zij zouden caloriseren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gecaloriseerd hebben
jij zou gecaloriseerd hebben
hij zou gecaloriseerd hebben
wij zouden gecaloriseerd hebben
jullie zouden gecaloriseerd hebben
zij zouden gecaloriseerd hebben

Gebiedende wijs
caloriseer

Aanvoegende wijs
calorisere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden