Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: buurten

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gebuurt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik buurt
jij buurt
hij buurt
wij buurten
jullie buurten
zij buurten

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gebuurt
jij hebt gebuurt
hij heeft gebuurt
wij hebben gebuurt
jullie hebben gebuurt
zij hebben gebuurt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik buurtte
jij buurtte
hij buurtte
wij buurtten
jullie buurtten
zij buurtten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gebuurt
jij had gebuurt
hij had gebuurt
wij hadden gebuurt
jullie hadden gebuurt
zij hadden gebuurt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal buurten
jij zult buurten
hij zal buurten
wij zullen buurten
jullie zullen buurten
zij zullen buurten

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gebuurt hebben
jij zult gebuurt hebben
hij zal gebuurt hebben
wij zullen gebuurt hebben
jullie zullen gebuurt hebben
zij zullen gebuurt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou buurten
jij zou buurten
hij zou buurten
wij zouden buurten
jullie zouden buurten
zij zouden buurten

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gebuurt hebben
jij zou gebuurt hebben
hij zou gebuurt hebben
wij zouden gebuurt hebben
jullie zouden gebuurt hebben
zij zouden gebuurt hebben

Gebiedende wijs
buurt

Aanvoegende wijs
buurte

Voorbeelden

  1. Buurt meisjesscout.
    Neighborhood girl scout.
  2. Vreselijke buurt.
    Terrible neighborhood.
  3. Gevaarlijke buurt.
    Tough neighborhood.
  4. buurt uitkammen
    canvass (to)
  5. De buurt verkennen.
    Explore the neighborhood.
  6. De gallery buurt.
    The gallery scene.
  7. Twee buurt planeten...
    Two neighboring planets...
  8. Wij treffen de buurt niet, de buurt treft ons.
    We aren 't affecting the community, the community is affecting us!
  9. Het is geen marginale buurt, het is een zwarte buurt.
    It isn 't a marginal neighborhood, It 's a black neighborhood.
  10. Familie, vrienden, zijn buurt.
    Family, friends, his community.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden