Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: boksen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gebokst

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik boks
jij bokst
hij bokst
wij boksen
jullie boksen
zij boksen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gebokst
jij hebt gebokst
hij heeft gebokst
wij hebben gebokst
jullie hebben gebokst
zij hebben gebokst

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik bokste
jij bokste
hij bokste
wij boksten
jullie boksten
zij boksten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gebokst
jij had gebokst
hij had gebokst
wij hadden gebokst
jullie hadden gebokst
zij hadden gebokst

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal boksen
jij zult boksen
hij zal boksen
wij zullen boksen
jullie zullen boksen
zij zullen boksen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gebokst hebben
jij zult gebokst hebben
hij zal gebokst hebben
wij zullen gebokst hebben
jullie zullen gebokst hebben
zij zullen gebokst hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou boksen
jij zou boksen
hij zou boksen
wij zouden boksen
jullie zouden boksen
zij zouden boksen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gebokst hebben
jij zou gebokst hebben
hij zou gebokst hebben
wij zouden gebokst hebben
jullie zouden gebokst hebben
zij zouden gebokst hebben

Gebiedende wijs
boks

Aanvoegende wijs
bokse

Voorbeelden

  1. Ik boks. Ik boks.
    l 'm boxing. I 'm boxing.
  2. Serieus een boks?
    Really? A fist Bump?
  3. Even een boks? Nee.
    How about a fist bump?
  4. Ik boks alleen graag.
    You know? I just love boxing.
  5. Wanneer boks ik weer?
    When do I fight again?
  6. Boks je nog steeds?
    You still boxing?
  7. Ik boks met iedereen, overal.
    I 'll fight anybody, anywhere.
  8. Felix Unger wil een boks?
    Felix Unger wants a fist bump?
  9. Larry, we moeten een boks doen.
    Larry, we both need this fist bump.
  10. Ja, ik boks wel tegen hem.
    Yeah, I 'll fight him.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden