Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: blootleggen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
blootgelegd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik leg bloot
jij legt bloot
hij legt bloot
wij leggen bloot
jullie leggen bloot
zij leggen bloot

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik blootleg
dat jij blootlegt
dat hij blootlegt
dat wij blootleggen
dat jullie blootleggen
dat zij blootleggen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb blootgelegd
jij hebt blootgelegd
hij heeft blootgelegd
wij hebben blootgelegd
jullie hebben blootgelegd
zij hebben blootgelegd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik legde bloot
jij legde bloot
hij legde bloot
wij legden bloot
jullie legden bloot
zij legden bloot

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik blootlegde
dat jij blootlegde
dat hij blootlegde
dat wij blootlegden
dat jullie blootlegden
dat zij blootlegden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had blootgelegd
jij had blootgelegd
hij had blootgelegd
wij hadden blootgelegd
jullie hadden blootgelegd
zij hadden blootgelegd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal blootleggen
jij zult blootleggen
hij zal blootleggen
wij zullen blootleggen
jullie zullen blootleggen
zij zullen blootleggen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal blootgelegd hebben
jij zult blootgelegd hebben
hij zal blootgelegd hebben
wij zullen blootgelegd hebben
jullie zullen blootgelegd hebben
zij zullen blootgelegd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou blootleggen
jij zou blootleggen
hij zou blootleggen
wij zouden blootleggen
jullie zouden blootleggen
zij zouden blootleggen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou blootgelegd hebben
jij zou blootgelegd hebben
hij zou blootgelegd hebben
wij zouden blootgelegd hebben
jullie zouden blootgelegd hebben
zij zouden blootgelegd hebben

Gebiedende wijs
leg bloot

Aanvoegende wijs
blootlegge

Voorbeelden

  1. Ik ga alles blootleggen, Hunt.
    I 'm going to unearth you, Hunt.
  2. Hij gaat basis Chopper blootleggen.
    He 's going to expose Chopper Base.
  3. Geef me drama, aandoenlijkheid, levens blootleggen.
    Give me drama, pathos, life unfolding.
  4. Ik kan alleen de ziekte blootleggen.
    All I can do is expose the sickness.
  5. Op hoeveel manieren ga je ons blootleggen?
    How many ways you gonna expose us? It 's safer this way.
  6. Iemand in deze stad moet de corruptie blootleggen.
    Someone in this city has to expose corruption.
  7. Hij zal uw zonden zelfs vanuit zijn graf blootleggen.
    He will expose your sins even from beyond the grave.
  8. We kunnen een gezond hart in tien minuten blootleggen.
    We can expose a healthy heart in 10 or 15 minutes.
  9. Mijn studie gaat over geheimen blootleggen van onwillige personen.
    My study deals with extracting secrets from unwilling subjects.
  10. We zouden een groot deel van' t impulsspruitstuk blootleggen.
    We 'd be exposing a good piece of the impulse manifold.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden