Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: bijeenroepen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
bijeengeroepen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik roep bijeen
jij roept bijeen
hij roept bijeen
wij roepen bijeen
jullie roepen bijeen
zij roepen bijeen

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik bijeenroep
dat jij bijeenroept
dat hij bijeenroept
dat wij bijeenroepen
dat jullie bijeenroepen
dat zij bijeenroepen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb bijeengeroepen
jij hebt bijeengeroepen
hij heeft bijeengeroepen
wij hebben bijeengeroepen
jullie hebben bijeengeroepen
zij hebben bijeengeroepen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik riep bijeen
jij riep bijeen
hij riep bijeen
wij riepen bijeen
jullie riepen bijeen
zij riepen bijeen

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik bijeenriep
dat jij bijeenriep
dat hij bijeenriep
dat wij bijeenriepen
dat jullie bijeenriepen
dat zij bijeenriepen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had bijeengeroepen
jij had bijeengeroepen
hij had bijeengeroepen
wij hadden bijeengeroepen
jullie hadden bijeengeroepen
zij hadden bijeengeroepen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal bijeenroepen
jij zult bijeenroepen
hij zal bijeenroepen
wij zullen bijeenroepen
jullie zullen bijeenroepen
zij zullen bijeenroepen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal bijeengeroepen hebben
jij zult bijeengeroepen hebben
hij zal bijeengeroepen hebben
wij zullen bijeengeroepen hebben
jullie zullen bijeengeroepen hebben
zij zullen bijeengeroepen hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou bijeenroepen
jij zou bijeenroepen
hij zou bijeenroepen
wij zouden bijeenroepen
jullie zouden bijeenroepen
zij zouden bijeenroepen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou bijeengeroepen hebben
jij zou bijeengeroepen hebben
hij zou bijeengeroepen hebben
wij zouden bijeengeroepen hebben
jullie zouden bijeengeroepen hebben
zij zouden bijeengeroepen hebben

Gebiedende wijs
roep bijeen

Aanvoegende wijs
bijeenroepe

Voorbeelden

  1. We moeten de Broederschap bijeenroepen.
    We must convene the Brethren Court.
  2. Kun je de anderen bijeenroepen?
    Can you summon the others?
  3. Ik zal de raad bijeenroepen.
    I shall call the council together.
  4. zal ik een rouwdienst bijeenroepen, meneer?
    Shall I prepare a memorial service, Sir?
  5. Passagiers bijeenroepen en doe een controle.
    Muster passengers and do a roll call.
  6. Ik kan morgen al de sponsors bijeenroepen.
    I can gather the sponsors by tomorrow morning.
  7. We zullen ze bijeenroepen na de uitspraak zoals afgesproken.
    We 'll convene as scheduled after the appell.
  8. Ze moet de Raad van Bestuur Bijeenroepen in een spoedzitting.
    She has to call the board into an emergency session.
  9. U moet snel uw personeel bijeenroepen en de beveiliging herzien.
    Meanwhile you should speak to your staff and go over your rules.
  10. Ik moet de rechters bijeenroepen om over deze vrouwen te praten.
    I must convene the assizes because of these women.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden