Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: bewijzen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
bewezen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik bewijs
jij bewijst
hij bewijst
wij bewijzen
jullie bewijzen
zij bewijzen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb bewezen
jij hebt bewezen
hij heeft bewezen
wij hebben bewezen
jullie hebben bewezen
zij hebben bewezen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik bewees
jij bewees
hij bewees
wij bewezen
jullie bewezen
zij bewezen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had bewezen
jij had bewezen
hij had bewezen
wij hadden bewezen
jullie hadden bewezen
zij hadden bewezen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal bewijzen
jij zult bewijzen
hij zal bewijzen
wij zullen bewijzen
jullie zullen bewijzen
zij zullen bewijzen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal bewezen hebben
jij zult bewezen hebben
hij zal bewezen hebben
wij zullen bewezen hebben
jullie zullen bewezen hebben
zij zullen bewezen hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou bewijzen
jij zou bewijzen
hij zou bewijzen
wij zouden bewijzen
jullie zouden bewijzen
zij zouden bewijzen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou bewezen hebben
jij zou bewezen hebben
hij zou bewezen hebben
wij zouden bewezen hebben
jullie zouden bewezen hebben
zij zouden bewezen hebben

Gebiedende wijs
bewijs

Aanvoegende wijs
bewijze

Voorbeelden

  1. En bewijs is bewijs.
    And evidence is evidence.
  2. Bewijs
    Proof
  3. We hebben bewijs om het te bewijzen.
    We have evidence to prove it.
  4. Ze moeten bewijzen dat we bewijs achterhouden.
    They have to prove that we are withholding evidence.
  5. De politie heeft bewijzen nodig als bewijs.
    The police may evidence as proof.
  6. Geknoeid bewijs is verloren bewijs.
    Tampered evidence is wasted evidence.
  7. Bewijs het, bewijs mijn ongelijk.
    Prove it. Prove me wrong.
  8. geen bewijs is je bewijs?
    No proof is your proof?
  9. Essentieel bewijs.
    Material evidence.
  10. Forensisch bewijs.
    Forensic evidence.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden