Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: beproeven

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
beproefd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik beproef
jij beproeft
hij beproeft
wij beproeven
jullie beproeven
zij beproeven

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb beproefd
jij hebt beproefd
hij heeft beproefd
wij hebben beproefd
jullie hebben beproefd
zij hebben beproefd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik beproefde
jij beproefde
hij beproefde
wij beproefden
jullie beproefden
zij beproefden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had beproefd
jij had beproefd
hij had beproefd
wij hadden beproefd
jullie hadden beproefd
zij hadden beproefd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal beproeven
jij zult beproeven
hij zal beproeven
wij zullen beproeven
jullie zullen beproeven
zij zullen beproeven

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal beproefd hebben
jij zult beproefd hebben
hij zal beproefd hebben
wij zullen beproefd hebben
jullie zullen beproefd hebben
zij zullen beproefd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou beproeven
jij zou beproeven
hij zou beproeven
wij zouden beproeven
jullie zouden beproeven
zij zouden beproeven

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou beproefd hebben
jij zou beproefd hebben
hij zou beproefd hebben
wij zouden beproefd hebben
jullie zouden beproefd hebben
zij zouden beproefd hebben

Gebiedende wijs
beproef

Aanvoegende wijs
beproeve

Voorbeelden

  1. Beproef uw krachten.
    Test your strength.
  2. Beproef uw geluk, mensen.
    Try your luck, folks.
  3. Ik beproef de ghetto smaak.
    I am projecting a ghetto aesthetic.
  4. Ik beproef m' n geluk.
    I think I 'll take my chances.
  5. Beproef je geluk niet bij mij.
    Do not push your luck with me.
  6. Maar beproef mijn geduld niet opnieuw.
    But do not try my patience again.
  7. Ik denk dat ik mijn geluk beproef met Harold.
    I think I 'll just chance it with Harold.
  8. Ik beproef m' n geluk nog liever op straat.
    I 'd rather take my chances on the streets than stay here any longer.
  9. Wil je je geluk beproeven?
    Wanna try your luck again? He 's bluffing.
  10. Ik wil deze zaak beproeven.
    I 'm trying this case.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden