Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: bedampen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
bedampt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik bedamp
jij bedampt
hij bedampt
wij bedampen
jullie bedampen
zij bedampen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb bedampt
jij hebt bedampt
hij heeft bedampt
wij hebben bedampt
jullie hebben bedampt
zij hebben bedampt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik bedampte
jij bedampte
hij bedampte
wij bedampten
jullie bedampten
zij bedampten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had bedampt
jij had bedampt
hij had bedampt
wij hadden bedampt
jullie hadden bedampt
zij hadden bedampt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal bedampen
jij zult bedampen
hij zal bedampen
wij zullen bedampen
jullie zullen bedampen
zij zullen bedampen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal bedampt hebben
jij zult bedampt hebben
hij zal bedampt hebben
wij zullen bedampt hebben
jullie zullen bedampt hebben
zij zullen bedampt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou bedampen
jij zou bedampen
hij zou bedampen
wij zouden bedampen
jullie zouden bedampen
zij zouden bedampen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou bedampt hebben
jij zou bedampt hebben
hij zou bedampt hebben
wij zouden bedampt hebben
jullie zouden bedampt hebben
zij zouden bedampt hebben

Gebiedende wijs
bedamp

Aanvoegende wijs
bedampe

Voorbeelden

  1. Ja, je kan een spiegel doen bedampen, Seymour, maar dat maakt je nog niet levend.
    Yes, you can fog a mirror, Seymour, but I wouldn 't call you alive.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden