Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: bashen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gebasht

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik bash
jij basht
hij basht
wij bashen
jullie bashen
zij bashen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gebasht
jij hebt gebasht
hij heeft gebasht
wij hebben gebasht
jullie hebben gebasht
zij hebben gebasht

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik bashte
jij bashte
hij bashte
wij bashten
jullie bashten
zij bashten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gebasht
jij had gebasht
hij had gebasht
wij hadden gebasht
jullie hadden gebasht
zij hadden gebasht

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal bashen
jij zult bashen
hij zal bashen
wij zullen bashen
jullie zullen bashen
zij zullen bashen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gebasht hebben
jij zult gebasht hebben
hij zal gebasht hebben
wij zullen gebasht hebben
jullie zullen gebasht hebben
zij zullen gebasht hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou bashen
jij zou bashen
hij zou bashen
wij zouden bashen
jullie zouden bashen
zij zouden bashen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gebasht hebben
jij zou gebasht hebben
hij zou gebasht hebben
wij zouden gebasht hebben
jullie zouden gebasht hebben
zij zouden gebasht hebben

Gebiedende wijs
bash

Aanvoegende wijs
bashe

Voorbeelden

  1. Bash, onze broer.
    Bash, our brother.
  2. Kent Bash dit meisje?
    Does Bash know this girl? Nothing.
  3. Bash, roep ze bijelkaar.
    Bash, gather them up.
  4. Bash, ik ben genezen.
    Bash, I am healed.
  5. Weet Bash nu iets?
    Has Bash learned anything?
  6. Bash, het spijt me.
    Bash, I 'm so sorry.
  7. Bash heeft het haar verteld.
    Bash must have told her.
  8. Dat zou Bash nooit doen.
    Bash wouldn 't do it.
  9. Bash, wat doe jij hier?
    Bash, what are you doing here?
  10. Ik ga je missen, Bash.
    I will miss you, Bash.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden