Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: barteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gebarterd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik barter
jij bartert
hij bartert
wij barteren
jullie barteren
zij barteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gebarterd
jij hebt gebarterd
hij heeft gebarterd
wij hebben gebarterd
jullie hebben gebarterd
zij hebben gebarterd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik barterde
jij barterde
hij barterde
wij barterden
jullie barterden
zij barterden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gebarterdd
jij had gebarterdd
hij had gebarterdd
wij hadden gebarterd
jullie hadden gebarterd
zij hadden gebarterd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal barteren
jij zult barteren
hij zal barteren
wij zullen barteren
jullie zullen barteren
zij zullen barteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gebarterd hebben
jij zult gebarterd hebben
hij zal gebarterd hebben
wij zullen gebarterd hebben
jullie zullen gebarterd hebben
zij zullen gebarterd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou barteren
jij zou barteren
hij zou barteren
wij zouden barteren
jullie zouden barteren
zij zouden barteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gebarterd hebben
jij zou gebarterd hebben
hij zou gebarterd hebben
wij zouden gebarterd hebben
jullie zouden gebarterd hebben
zij zouden gebarterd hebben

Gebiedende wijs
barter

Aanvoegende wijs
bartere

Voorbeelden

  1. Het zijn Barter gebakjes.
    They 're barter pastries.
  2. Een vriend heeft hem gezien in de Barter Straat.
    A friend saw him on Barter Street.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden