Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: badderen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gebadderd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik badder
jij baddert
hij baddert
wij badderen
jullie badderen
zij badderen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gebadderd
jij hebt gebadderd
hij heeft gebadderd
wij hebben gebadderd
jullie hebben gebadderd
zij hebben gebadderd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik badderde
jij badderde
hij badderde
wij badderden
jullie badderden
zij badderden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gebadderd
jij had gebadderd
hij had gebadderd
wij hadden gebadderd
jullie hadden gebadderd
zij hadden gebadderd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal badderen
jij zult badderen
hij zal badderen
wij zullen badderen
jullie zullen badderen
zij zullen badderen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gebadderd hebben
jij zult gebadderd hebben
hij zal gebadderd hebben
wij zullen gebadderd hebben
jullie zullen gebadderd hebben
zij zullen gebadderd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou badderen
jij zou badderen
hij zou badderen
wij zouden badderen
jullie zouden badderen
zij zouden badderen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gebadderd hebben
jij zou gebadderd hebben
hij zou gebadderd hebben
wij zouden gebadderd hebben
jullie zouden gebadderd hebben
zij zouden gebadderd hebben

Gebiedende wijs
badder

Aanvoegende wijs
baddere

Voorbeelden

  1. Olifanten, badderen.
    Elephant. Poodle.
  2. Homer dwong me hem te badderen.
    Homer made me give him a sponge bath.
  3. Je bent gek op badderen, hè?
    You like your bath, don 't you?
  4. Ken jij het liedje over badderen?
    Do you know the bath song?
  5. Okay, Wil jij proberen hem te badderen?
    Okay, you want to try to bathe him?
  6. ... en zichzelf te badderen, kom je dan naar beneden?
    and to start bathing herself, will you come down? .
  7. Je eet uit de kom waarin we Clyde altijd badderen.
    You 're drinking out of the bowl we use for Clyde 's baths.
  8. Vanaf vandaag, ga jij je handen in dit spul badderen.
    Starting today, you 're gonna be soaking your hands in this stuff.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden