Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: attesteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geattesteerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik attesteer
jij attesteert
hij attesteert
wij attesteren
jullie attesteren
zij attesteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geattesteerd
jij hebt geattesteerd
hij heeft geattesteerd
wij hebben geattesteerd
jullie hebben geattesteerd
zij hebben geattesteerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik attesteerde
jij attesteerde
hij attesteerde
wij attesteerden
jullie attesteerden
zij attesteerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geattesteerd
jij had geattesteerd
hij had geattesteerd
wij hadden geattesteerd
jullie hadden geattesteerd
zij hadden geattesteerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal attesteren
jij zult attesteren
hij zal attesteren
wij zullen attesteren
jullie zullen attesteren
zij zullen attesteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geattesteerd hebben
jij zult geattesteerd hebben
hij zal geattesteerd hebben
wij zullen geattesteerd hebben
jullie zullen geattesteerd hebben
zij zullen geattesteerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou attesteren
jij zou attesteren
hij zou attesteren
wij zouden attesteren
jullie zouden attesteren
zij zouden attesteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geattesteerd hebben
jij zou geattesteerd hebben
hij zou geattesteerd hebben
wij zouden geattesteerd hebben
jullie zouden geattesteerd hebben
zij zouden geattesteerd hebben

Gebiedende wijs
attesteer

Aanvoegende wijs
attestere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden