Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: amenderen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geamendeerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik amendeer
jij amendeert
hij amendeert
wij amenderen
jullie amenderen
zij amenderen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geamendeerd
jij hebt geamendeerd
hij heeft geamendeerd
wij hebben geamendeerd
jullie hebben geamendeerd
zij hebben geamendeerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik amendeerde
jij amendeerde
hij amendeerde
wij amendeerden
jullie amendeerden
zij amendeerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geamendeerd
jij had geamendeerd
hij had geamendeerd
wij hadden geamendeerd
jullie hadden geamendeerd
zij hadden geamendeerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal amenderen
jij zult amenderen
hij zal amenderen
wij zullen amenderen
jullie zullen amenderen
zij zullen amenderen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geamendeerd hebben
jij zult geamendeerd hebben
hij zal geamendeerd hebben
wij zullen geamendeerd hebben
jullie zullen geamendeerd hebben
zij zullen geamendeerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou amenderen
jij zou amenderen
hij zou amenderen
wij zouden amenderen
jullie zouden amenderen
zij zouden amenderen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geamendeerd hebben
jij zou geamendeerd hebben
hij zou geamendeerd hebben
wij zouden geamendeerd hebben
jullie zouden geamendeerd hebben
zij zouden geamendeerd hebben

Gebiedende wijs
amendeer

Aanvoegende wijs
amendere

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden