NL: ambushmarketen U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
geambushmarket
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik ambushmarket jij ambushmarket hij ambushmarket wij ambushmarketen jullie ambushmarketen zij ambushmarketen
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb geambushmarket jij hebt geambushmarket hij heeft geambushmarket wij hebben geambushmarket jullie hebben geambushmarket zij hebben geambushmarket
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik ambushmarkette jij ambushmarkette hij ambushmarkette wij ambushmarketten jullie ambushmarketten zij ambushmarketten
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had geambushmarket jij had geambushmarket hij had geambushmarket wij hadden geambushmarket jullie hadden geambushmarket zij hadden geambushmarket
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal ambushmarketen jij zult ambushmarketen hij zal ambushmarketen wij zullen ambushmarketen jullie zullen ambushmarketen zij zullen ambushmarketen
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal geambushmarket hebben jij zult geambushmarket hebben hij zal geambushmarket hebben wij zullen geambushmarket hebben jullie zullen geambushmarket hebben zij zullen geambushmarket hebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou ambushmarketen jij zou ambushmarketen hij zou ambushmarketen wij zouden ambushmarketen jullie zouden ambushmarketen zij zouden ambushmarketen
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou geambushmarket hebben jij zou geambushmarket hebben hij zou geambushmarket hebben wij zouden geambushmarket hebben jullie zouden geambushmarket hebben zij zouden geambushmarket hebben
|
| Gebiedende wijs |
ambushmarket
|
| Aanvoegende wijs |
| ambushmarkete |