Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: aftroeven

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
afgetroefd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik troef af
jij troeft af
hij troeft af
wij troeven af
jullie troeven af
zij troeven af

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik aftroef
dat jij aftroeft
dat hij aftroeft
dat wij aftroeven
dat jullie aftroeven
dat zij aftroeven

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb afgetroefd
jij hebt afgetroefd
hij heeft afgetroefd
wij hebben afgetroefd
jullie hebben afgetroefd
zij hebben afgetroefd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik troefde af
jij troefde af
hij troefde af
wij troefden af
jullie troefden af
zij troefden af

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik aftroefde
dat jij aftroefde
dat hij aftroefde
dat wij aftroefden
dat jullie aftroefden
dat zij aftroefden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had afgetroefd
jij had afgetroefd
hij had afgetroefd
wij hadden afgetroefd
jullie hadden afgetroefd
zij hadden afgetroefd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal aftroeven
jij zult aftroeven
hij zal aftroeven
wij zullen aftroeven
jullie zullen aftroeven
zij zullen aftroeven

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal afgetroefd hebben
jij zult afgetroefd hebben
hij zal afgetroefd hebben
wij zullen afgetroefd hebben
jullie zullen afgetroefd hebben
zij zullen afgetroefd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou aftroeven
jij zou aftroeven
hij zou aftroeven
wij zouden aftroeven
jullie zouden aftroeven
zij zouden aftroeven

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou afgetroefd hebben
jij zou afgetroefd hebben
hij zou afgetroefd hebben
wij zouden afgetroefd hebben
jullie zouden afgetroefd hebben
zij zouden afgetroefd hebben

Gebiedende wijs
troef af

Aanvoegende wijs
aftroeve

Voorbeelden

  1. Ze wil me altijd aftroeven.
    She 'll always find a way to win.
  2. Destijds konden wij... jullie ook aftroeven.
    At one time we gave them a good dressing down.
  3. Laat zich niet aftroeven door wie dan ook.
    Not about to let someone get the best of you.
  4. Dit gaat niet om een etentje of je ex-leerling aftroeven.
    This one isn 't about winning a dinner or showing up your former student.
  5. Hij gaat ervan uit dat een Senator een verslaggever kan aftroeven.
    He 's gonna bet that a Senator trumps a newsman.
  6. Ja, hij is de reden waarom wij de 27e zullen aftroeven. - 27ste is een superieure divisie.
    Yeah. He 's the reason 15 's gonna own 27. 27 is a superior division.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden