Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: aborteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geaborteerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik aborteer
jij aborteert
hij aborteert
wij aborteren
jullie aborteren
zij aborteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geaborteerd
jij hebt geaborteerd
hij heeft geaborteerd
wij hebben geaborteerd
jullie hebben geaborteerd
zij hebben geaborteerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik aborteerde
jij aborteerde
hij aborteerde
wij aborteerden
jullie aborteerden
zij aborteerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geaborteerd
jij had geaborteerd
hij had geaborteerd
wij hadden geaborteerd
jullie hadden geaborteerd
zij hadden geaborteerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal aborteren
jij zult aborteren
hij zal aborteren
wij zullen aborteren
jullie zullen aborteren
zij zullen aborteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geaborteerd hebben
jij zult geaborteerd hebben
hij zal geaborteerd hebben
wij zullen geaborteerd hebben
jullie zullen geaborteerd hebben
zij zullen geaborteerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou aborteren
jij zou aborteren
hij zou aborteren
wij zouden aborteren
jullie zouden aborteren
zij zouden aborteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geaborteerd hebben
jij zou geaborteerd hebben
hij zou geaborteerd hebben
wij zouden geaborteerd hebben
jullie zouden geaborteerd hebben
zij zouden geaborteerd hebben

Gebiedende wijs
aborteer

Aanvoegende wijs
abortere

Voorbeelden

  1. Baby' s aborteren.
    Abort their babies.
  2. Daarom aborteren we ze.
    – That 's why we abort.
  3. Is dit beroepsdeformatie, alles aborteren?
    Is this an occupational hazard, aborting everything?
  4. Ik heb me toen laten aborteren.
    I had an abortion back then.
  5. Je gaat die baby niet aborteren.
    You are not going to abort that baby.
  6. Ik had je kunnen laten aborteren.
    You could have been a scrape job.
  7. Omdat ze de baby liet aborteren.
    Because she had her baby aborted.
  8. Je probeerde meerdere malen te aborteren, tevergeefs.
    You tried several times to procure an abortion, but in vain.
  9. We maken morgen een afspraak om te aborteren.
    Make an appointment tomorrow to get this taken care of.
  10. Jij hebt vast nog nooit iemand hoeven aborteren.
    I 'm guessing you ain 't never had to abort nobody.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden