Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: aanlanden

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
aangeland

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik land aan
jij landt aan
hij landt aan
wij landen aan
jullie landen aan
zij landen aan

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik aanland
dat jij aanlandt
dat hij aanlandt
dat wij aanlanden
dat jullie aanlanden
dat zij aanlanden

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik ben aangeland
jij bent aangeland
hij is aangeland
wij zijn aangeland
jullie zijn aangeland
zij zijn aangeland

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik landde aan
jij landde aan
hij landde aan
wij landden aan
jullie landden aan
zij landden aan

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik aanlandde
dat jij aanlandde
dat hij aanlandde
dat wij aanlandden
dat jullie aanlandden
dat zij aanlandden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik was aangeland
jij was aangeland
hij was aangeland
wij waren aangeland
jullie waren aangeland
zij waren aangeland

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal aanlanden
jij zult aanlanden
hij zal aanlanden
wij zullen aanlanden
jullie zullen aanlanden
zij zullen aanlanden

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal aangeland zijn
jij zult aangeland zijn
hij zal aangeland zijn
wij zullen aangeland zijn
jullie zullen aangeland zijn
zij zullen aangeland zijn

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou aanlanden
jij zou aanlanden
hij zou aanlanden
wij zouden aanlanden
jullie zouden aanlanden
zij zouden aanlanden

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou aangeland zijn
jij zou aangeland zijn
hij zou aangeland zijn
wij zouden aangeland zijn
jullie zouden aangeland zijn
zij zouden aangeland zijn

Gebiedende wijs
land aan

Aanvoegende wijs
aanlande

Voorbeelden

  1. we valt het land aan?
    Who attacks the land?
  2. Ik spreek het land aan.
    I wish to address the nation.
  3. En het land aan Cersei geven?
    And give the country to Cersei?
  4. Schenk je land aan de kerk.
    Give the Church your land.
  5. Je zit achter mijn land aan.
    You 're after my land.
  6. Europa gaf het land aan zijn veroveraar.
    Europe gave the land to its conqueror.
  7. Door een souverein land aan te vallen.
    By attacking a sovereign country.
  8. Je was het land aan het bewerken.
    You were plowing a field,
  9. Opofferingen die het land aan onze Heer inwijden.
    Sacrifices consecrate the land to our lord.
  10. Gelukkig is er één land aan ontsnapt. Het onze.
    Luckily, only one country 's got out... ours.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden