Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: aangapen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
aangegaapt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik gaap aan
jij gaapt aan
hij gaapt aan
wij gapen aan
jullie gapen aan
zij gapen aan

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik aangaap
dat jij aangaapt
dat hij aangaapt
dat wij aangapen
dat jullie aangapen
dat zij aangapen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb aangegaapt
jij hebt aangegaapt
hij heeft aangegaapt
wij hebben aangegaapt
jullie hebben aangegaapt
zij hebben aangegaapt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik gaapte aan
jij gaapte aan
hij gaapte aan
wij gaapten aan
jullie gaapten aan
zij gaapten aan

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik aangaapte
dat jij aangaapte
dat hij aangaapte
dat wij aangaapten
dat jullie aangaapten
dat zij aangaapten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had aangegaapt
jij had aangegaapt
hij had aangegaapt
wij hadden aangegaapt
jullie hadden aangegaapt
zij hadden aangegaapt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal aangapen
jij zult aangapen
hij zal aangapen
wij zullen aangapen
jullie zullen aangapen
zij zullen aangapen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal aangegaapt hebben
jij zult aangegaapt hebben
hij zal aangegaapt hebben
wij zullen aangegaapt hebben
jullie zullen aangegaapt hebben
zij zullen aangegaapt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou aangapen
jij zou aangapen
hij zou aangapen
wij zouden aangapen
jullie zouden aangapen
zij zouden aangapen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou aangegaapt hebben
jij zou aangegaapt hebben
hij zou aangegaapt hebben
wij zouden aangegaapt hebben
jullie zouden aangegaapt hebben
zij zouden aangegaapt hebben

Gebiedende wijs
gaap aan

Aanvoegende wijs
aangape

Voorbeelden

  1. Haar debuut, en iedereen zal jou aangapen.
    Her debut, and everyone will be staring at you.
  2. Nu schuif ik je aan de kant zodat de kelners je kunnen aangapen.
    Now I cast you aside for the busboys to gnaw upon.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden