Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: aanbrengen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
aangebracht

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik breng aan
jij brengt aan
hij brengt aan
wij brengen aan
jullie brengen aan
zij brengen aan

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik aanbreng
dat jij aanbrengt
dat hij aanbrengt
dat wij aanbrengen
dat jullie aanbrengen
dat zij aanbrengen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb aangebracht
jij hebt aangebracht
hij heeft aangebracht
wij hebben aangebracht
jullie hebben aangebracht
zij hebben aangebracht

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik bracht aan
jij bracht aan
hij bracht aan
wij brachten aan
jullie brachten aan
zij brachten aan

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik aanbracht
dat jij aanbracht
dat hij aanbracht
dat wij aanbrachten
dat jullie aanbrachten
dat zij aanbrachten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had aangebracht
jij had aangebracht
hij had aangebracht
wij hadden aangebracht
jullie hadden aangebracht
zij hadden aangebracht

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal aanbrengen
jij zult aanbrengen
hij zal aanbrengen
wij zullen aanbrengen
jullie zullen aanbrengen
zij zullen aanbrengen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal aangebracht hebben
jij zult aangebracht hebben
hij zal aangebracht hebben
wij zullen aangebracht hebben
jullie zullen aangebracht hebben
zij zullen aangebracht hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou aanbrengen
jij zou aanbrengen
hij zou aanbrengen
wij zouden aanbrengen
jullie zouden aanbrengen
zij zouden aanbrengen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou aangebracht hebben
jij zou aangebracht hebben
hij zou aangebracht hebben
wij zouden aangebracht hebben
jullie zouden aangebracht hebben
zij zouden aangebracht hebben

Gebiedende wijs
breng aan

Aanvoegende wijs
aanbrenge

Voorbeelden

  1. Luister, goedkoop blank klein stuk vreten Breng aan, moederneuker.
    Look, you little white-trash piece of shit Head On, motherfucker.
  2. leveren en aanbrengen
    supply and install
  3. We moeten wijzigingen aanbrengen.
    We 've got to make changes.
  4. Ik ga verbeteringen aanbrengen.
    Might make some improvements.
  5. Oke, ik denk dat het tijd is dat ik een bezoekje breng aan Meynell' s kantoor.
    Right, I think it 's time I paid a visit to Meynell 's office.
  6. Ik heb kerstverlichting laten aanbrengen.
    I have to make Christmas lights.
  7. waar moet ik verbeteringen aanbrengen?
    Where should I make improvements?
  8. De eigenaar zal verlichting aanbrengen.
    Lighting shall be provided by the owner.
  9. Gaat u een waterglijbaan aanbrengen?
    Are you gonna put a water slide in?
  10. We moeten wat veranderingen aanbrengen.
    We have to make some changes.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden