Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: openduwen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
opengeduwd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik duw open
jij duwt open
hij duwt open
wij duwen open
jullie duwen open
zij duwen open

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik openduw
dat jij openduwt
dat hij openduwt
dat wij openduwen
dat jullie openduwen
dat zij openduwen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb opengeduwd
jij hebt opengeduwd
hij heeft opengeduwd
wij hebben opengeduwd
jullie hebben opengeduwd
zij hebben opengeduwd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik duwde open
jij duwde open
hij duwde open
wij duwden open
jullie duwden open
zij duwden open

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik openduwde
dat jij openduwde
dat hij openduwde
dat wij openduwden
dat jullie openduwden
dat zij openduwden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had opengeduwd
jij had opengeduwd
hij had opengeduwd
wij hadden opengeduwd
jullie hadden opengeduwd
zij hadden opengeduwd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal openduwen
jij zult openduwen
hij zal openduwen
wij zullen openduwen
jullie zullen openduwen
zij zullen openduwen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal opengeduwd hebben
jij zult opengeduwd hebben
hij zal opengeduwd hebben
wij zullen opengeduwd hebben
jullie zullen opengeduwd hebben
zij zullen opengeduwd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou openduwen
jij zou openduwen
hij zou openduwen
wij zouden openduwen
jullie zouden openduwen
zij zouden openduwen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou opengeduwd hebben
jij zou opengeduwd hebben
hij zou opengeduwd hebben
wij zouden opengeduwd hebben
jullie zouden opengeduwd hebben
zij zouden opengeduwd hebben

Gebiedende wijs
duw open

Aanvoegende wijs
openduwe

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden