Vertalingen terminar ES>NL
I terminar
werkw.
llevar una cosa a su final o hacer la última parte de una cosa -
(be)eindigen Terminé mis estudios. - Ik heb mijn studie afgemaakt. Las fuertes lluvias de marzo terminaron con la sequía. - De zware regens van maart hebben een einde aan de droogte gemaakt. |
II terminar
werkw.
1) consumir una cosa totalmente -
opmaken No terminó su comida porque se sentía mal. - Hij heeft zijn maaltijd niet opgegeten omdat hij zich niet lekker voelde. |
2) estar una persona en la última parte o etapa de algo -
afmaken Terminé mis tareas antes de tiempo y me fui de compras. - Ik heb mijn huiswerk voortijdig afgemaakt en ging boodschappen doen. |
III terminar
werkw.
1) llegar una cosa a su fin -
bëeindigen Terminó el juicio y el acusado espera su sentencia. - De rechtszaak is beëindigd en de verdachte wacht op zijn vonnis. |
2) romper una relación amorosa -
uitmaken Terminamos con un noviazgo de seis años. - We hebben een verloving van zeven jaar uitgemaakt. |
3) hacer que deje de existir una cosa material o inmaterial -
een einde maken El presidente electo prometió terminar con la corrupción. - De gekozen president beloofde om een einde aan de corruptie te maken. |
4) matar o producir un daño muy grande a una persona -
een einde maken La droga terminó con su vida. - De drugs maakte een einde aan zijn leven. |
5) convertirse una acción en algo negativo con el tiempo -
uitlopen op Sus malas decisiones terminaron llevándolo a la quiebra. - Zijn verkeerde beslissingen hebben hem uiteindelijk bankroet gemaakt. |
6) tener una cosa su final como se expresa -
een uiteinde hebben La cúpula del templo termina en punta. - De koepel van de tempel loopt spits toe. |
7) realizar una acción como final de una serie de acciones o de un proceso -
uiteindelijk doen Venció su timidez y terminó invitándola a salir. - Hij overwon zijn verlegenheid en uiteindelijk heeft hij haar uitgenodigd om uit te gaan. |
no terminar de + infinitivo (=señala que una acción no finaliza su realización como estaba esperado o planeado) - niet lukken om
Lo sorprendió la muerte y no terminó de escribir su última novela. - Hij werd verrast door de dood en het is hem niet gelukt om zijn laatste roman te schrijven.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
terminar (ww.) | uithebben (ww.) ; opdrinken (ww.) ; opgebruiken (ww.) ; opkrijgen (ww.) ; opmaken (ww.) ; oproken (ww.) ; perfectioneren (ww.) ; regelen (ww.) ; spieken (ww.) ; stoppen (ww.) ; teneindelopen (ww.) ; termineren (ww.) ; uitdrinken (ww.) ; legen (ww.) ; uitkrijgen (ww.) ; uitpraten (ww.) ; uitraken (ww.) ; uitspreken (ww.) ; vervolledigen (ww.) ; vervolmaken (ww.) ; volbrengen (ww.) ; volledig maken (ww.) ; volmaken (ww.) ; voltooien (ww.) ; zaakafwikkeling (ww.) ; leegmaken (ww.) ; afdoen (ww.) ; afkijken (ww.) ; afkrijgen (ww.) ; aflopen (ww.) ; afmaken (ww.) ; afronden (ww.) ; afwerken (ww.) ; afwikkelen (ww.) ; beëindigen (ww.) ; beslissen (ww.) ; besluiten (ww.) ; completeren (ww.) ; eindigen (ww.) ; erdoor jagen (ww.) ; ermee uitscheiden (ww.) ; klaarkrijgen (ww.) ; klaarmaken (ww.) ; klaren (ww.) ; ledigen (ww.) ; leegdrinken (ww.) ; leeghalen (ww.) |
terminar | afsluiten ; klaarkomen |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `terminar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: abandonarES: acabar con unaES: acabarseES: acordarES: apurarES: arreglarES: caducarES: celebrarES: complementarES: completar