Vertaal
Naar andere talen: • engendrar > DEengendrar > ENengendrar > FR
Vertalingen engendrar ES>NL

engendrar

werkw.
Uitspraak:  [enxen'dɾaɾ]

1) dar existencia una persona o animal a un nuevo ser - verwekken
engendrar un hijo - een kind verwekken

2) ser algo el origen de otra cosa - leiden tot
El exceso de tiempo libre engendra malos hábitos. - Het teveel aan vrije tijd leidt tot slechte gewoonten.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
engendrar (ww.) opkweken (ww.) ; warmhouden (ww.) ; voortbrengen (ww.) ; verwekken (ww.) ; veroorzaken (ww.) ; verbouwen (ww.) ; uitlokken (ww.) ; uitbroeden (ww.) ; telen (ww.) ; stimuleren (ww.) ; provoceren (ww.) ; procreëren (ww.) ; prikkelen (ww.) ; porren (ww.) ; planten (ww.) ; aanjagen (ww.) ; opjutten (ww.) ; motiveren (ww.) ; kweken (ww.) ; instigeren (ww.) ; iemand motiveren (ww.) ; genereren (ww.) ; fokken (ww.) ; broeden (ww.) ; aanzetten tot (ww.) ; aansporen (ww.) ; aanplanten (ww.) ; aanmoedigen (ww.) ; aankweken (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `engendrar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: acarrear
ES: acentuar
ES: afilar
ES: aguijonear
ES: alentar
ES: animar
ES: apoyar
ES: apresurar
ES: apuntalar
ES: arreciar