Vertalingen Setzen DE>NL
setzen
werkw.
1) eine sitzende Stellung einnehmen -
zitten sich aufs Pferd setzen - op het paard gaan zitten Sie setzte sich zu mir / neben mich. - Zij ging bij mij zitten / naast mij zitten. Bitte setzen Sie sich doch! - Gaat u toch alstublieft zitten! |
2) jemanden irgendwohin bringen, damit er dort sitzt -
(in)zetten das Kind in den Kinderwagen setzen - het kind in de kinderwagen zetten Die Gastgeberin setzte mich neben ihren Sohn. - De gastvrouw zette mij naast haar zoon. |
3) etw. an einen Ort bringen, wo es etw. berührt -
zetten einen Topf auf den Herd setzen - een pan op het fornuis zetten Sie setzte sich ihre Brille auf die Nase. - Zij zette haar bril op haar neus. |
4) schreiben -
zetten seinen Namen unter einen Brief setzen - zijn naam onder de brief zetten Setzen Sie das bitte auf meine Rechnung. - Zet u dat alstublieft op mijn rekening. |
5) einpflanzen -
planten Tulpen ins Beet vor dem Fenster setzen - tulpen planten in het bloembed voor het raam |
6) ein Tier irgendwohin bringen, damit es dort bleibt -
wegbrengen Fische in den Teich setzen - vissen in de vijver uitzetten |
7) einen Einsatz zahlen -
inzetten 200 Euro auf ein Pferd setzen - €200,00 op een paard inzetten Haben jetzt alle gesetzt? - Heeft iedereen nu ingezet? |
8) nach unten sinken -
zakt warten, bis sich der aufgewirbelte Staub wieder setzt - wacht tot het opgewaaide stof weer zakt |
9) festlegen -
vastleggen Kindern muss man Grenzen setzen. - kinderen moet men grenzen stellen |
10) für den Druck vorbereiten -
voorbereiden 11) hochziehen -
hijsen 12) anschalten -
aanzetten 13) jemanden / etw. in den genannten Zustand bringen -
zetten die Anlage in Betrieb / unter Druck setzen - het systeem in bedrijf nemen / op druk zetten das Holz in Brand setzen - het hout in brand steken den Motor in Gang setzen - de motor in de versnelling zetten |
14) einen großen Sprung machen -
springen Das Pferd setzte mühelos über das Hindernis. - Het paard sprong moeiteloos over de hindernis. |
15) über das Wasser fahren -
varen mit der Fähre über den Fluss / ans andere Ufer setzen - met de pont over de rivier / naar de andere oever varen |
16) jemanden / etw. über das Wasser transportieren -
overzetten Der Fährmann setzte uns über den Fluss. - De veerman zette ons over de rivier. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
setzen (ww.) | plaatsen (ww.) ; leggen (ww.) ; met aandelen spelen (ww.) ; minder worden (ww.) ; mobiliseren (ww.) ; neerleggen (ww.) ; neerzetten (ww.) ; onderuit halen (ww.) ; opschuiven (ww.) ; plaats maken (ww.) ; kelderen (ww.) ; plaatsnemen (ww.) ; speculeren (ww.) ; stationeren (ww.) ; uitbuiken (ww.) ; uitzakken (ww.) ; verplaatsen (ww.) ; verzetten (ww.) ; zakken (ww.) ; zich neerzetten (ww.) ; gaan zitten (ww.) ; een zet doen (ww.) ; doen (ww.) ; deponeren (ww.) ; declineren (ww.) ; construeren (ww.) ; bouwen (ww.) ; afnemen (ww.) ; achteruitgaan (ww.) |
das Setzen | de zetwerken ; het poneren ; het stellen ; de zetsels ; het zetten ; het zetwerk |
Setzen | instellen ; zetten ; vulpersen ; uitplanten ; inzetten |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Setzen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abbauenDE: ablegenDE: abrutschenDE: abstellenDE: abstreifenDE: anbringenDE: anfangenDE: annehmenDE: anpflanzenDE: aufbauenUitdrukkingen en gezegdes
DE: die Fahne
setzen
NL: de vlag hijsenDE: große Hoffnungen
setzen auf
NL: grote verwachtingen koesteren vanDE: aufs falsche Pferd
setzen
NL: op het verkeerde paard weddenDE: außer Kraft
setzen
NL: buiten werking stellenDE: in Angst
setzen
NL: angst aanjagen, bang makenDE: in Erstaunen
setzen
NL: verbaasd doen staanDE: in Freiheit
setzen
NL: in vrijheid stellenDE: in den Stand
setzen
NL: in staat stellenDE: über den Graben
setzen
NL: over de sloot springenDE: es setzt Prügel, Schläge
NL: er vallen slagen, dat loopt op een pak slaag uitDE: es setzt Strafe
NL: dat loopt op straf (op boete) uitDE: sich
setzen
NL: gaan zitten NL: bezinken, helder worden (van vloeistoffen)DE: er setzte sich auf die linke Fahrbahn
NL: hij ging op de linker rijstrook rijdenDE: sich zur Wehr
setzen
NL: zich te weer stellenDE: gesetzt den Fall
NL: gesteld, aangenomen het gevalDE: gesetzt
NL: (ook) bezadigd, bedaard