Vertalingen aflojar ES>NL
I aflojar
werkw.
quitar tensión a algo, ponerlo flojo -
losser maken aflojar la corbata - de stropdas losser maken Para desarmar el mueble, deben aflojar los tornillos. - Om het meubelstuk te demonteren moeten de schroeven worden losgedraaid. |
II aflojar
werkw.
perder intensidad o fuerza -
verzwakken La ola de calor no afloja. - De hittegolf verzwakt niet. Aflojó en sus estudios. - Hij studeert minder hard. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
aflojar (ww.) | terugschroeven (ww.) ; zich matigen (ww.) ; vrijgeven (ww.) ; vrijaf geven (ww.) ; voor de dag komen met (ww.) ; verwateren (ww.) ; versnijden (ww.) ; verslappen (ww.) ; vermoeien (ww.) ; verflauwen (ww.) ; verdunnen (ww.) ; uitputten (ww.) ; terugdraaien (ww.) ; temperen (ww.) ; slopen (ww.) ; ophoesten (ww.) ; moe maken (ww.) ; matigen (ww.) ; losmaken (ww.) ; dempen (ww.) ; afmatten (ww.) ; aanlengen (ww.) |
aflojar | losser maken ; openen |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Trueterm; Diving dictionary
Voorbeeldzinnen met `aflojar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: agotarES: anularES: arriarES: calmarES: calmarseES: cansarES: cederES: chocarES: consumirseES: debilitar