Vertaal
Naar andere talen: • agotar > DEagotar > ENagotar > FR
Vertalingen agotar ES>NL

I agotar

werkw.
Uitspraak:  [aγoˈtaɾ]

1) cansar mucho - afmatten
Mi jefe me agota con tanto trabajo. - Mijn baas heeft me afgemat met zoveel werk.

2) consumir totalmente - opmaken
agotar el alimento - het eten opmaken

3) extraer todo el líquido de un lugar - opdrogen
agotar las reservas de agua - opdrogen van de waterbronnen


II agotarse

werkw.
Uitspraak:  [aγoˈtaɾse]

1) consumirse totalmente - uitgeput/uitverkocht raken
Se agotaron las entradas. - De toegangskaarten raakten uitverkocht.

2) cansarse en extremo - oververmoeid raken
Se agotó con el ejercicio. - Hij raakte overmoeid met de oefening.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
agotar (ww.) opteren (ww.) ; wegtrekken (ww.) ; wegreizen (ww.) ; vreten (ww.) ; vermoeien (ww.) ; verlaten (ww.) ; verdwijnen (ww.) ; verdorsten (ww.) ; uitputten (ww.) ; slopen (ww.) ; opvreten (ww.) ; opraken (ww.) ; opeten (ww.) ; moe maken (ww.) ; heengaan (ww.) ; afreizen (ww.) ; afmatten (ww.)
agotar een oplaag uitverkopen ; zwaar op de proef stellen ; veel vergen van ; uitdrijven
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `agotar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abandonar
ES: aflojar
ES: alejarse de
ES: aprovechar
ES: atracarse
ES: cansar
ES: carcomer
ES: comer
ES: comerse
ES: consumir