Vertalingen arriar ES>NL
arriar (ww.) | neersabelen (ww.) ; vrijgeven (ww.) ; vrijaf geven (ww.) ; vooruitduwen (ww.) ; voortduwen (ww.) ; voortbewegen (ww.) ; vieren (ww.) ; strijken (ww.) ; sterk prikkelen (ww.) ; opzwepen (ww.) ; neerhalen (ww.) ; laten vieren (ww.) ; gladstrijken (ww.) ; duwen (ww.) ; aanzetten (ww.) |
arriar | neerlaten ; vieren ; uitzetten ; uitvieren |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `arriar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: abatirES: acelerarES: aflojarES: aguijonearES: alisarES: arrancarES: asesinarES: bajar en picadoES: cubrirES: dejar