Vertalingen staan NL>FR
staan
werkw.
Uitspraak: | [stan] |
Verbuigingen: | stond (verl.tijd ) heeft gestaan (volt.deelw.) |
1) (van personen) de houding hebben van je voeten op de grond en je hoofd bovenaan -
être debout gaan staan om iemand te begroeten - se lever pour saluer quelqu'un in de keuken staan koken - péparer le repas dans la cuisine |
2) (van dingen) zich ergens (rechtop) bevinden -
se trouver , être Mijn fiets staat tegen de boom. - Mon vélo est posé contre l'arbre. De borden staan in de kast - Les assiettes sont dans l'armoire. Ons huis staat naast de supermarkt. - Notre maison se trouve à côté du supermarché. Hoeveel letters staan er op deze regel? - Combien de caractères y a-t-il sur cette ligne? |
3) in genoemde toestand zijn -
être Het huis staat in brand. - La maison est en feu. De stoplicht staat op groen. - Le feu est au vert. |
4) genoemde indruk wekken -
faire une impression Die jurk staat je goed. - Cette robe te va bien. Dat kun je niet doen, dat staat raar. - C'est une chose à ne pas faire, on trouvera cela bizarre. |
5) deel van de uitdrukking: -
Daar staat me iets van bij. (=daar herinner ik me iets van) - Je me souviens vaguement de quelque chose.
|
6) deel van de uitdrukking: -
laat staan (=en zeker niet) - et encore moins
Dat is niet correct, laat staan fraai. - Ce n'est pas comme il faut et encore moins louable.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
staan (ww.) | bien aller (ww.) ; être (ww.) ; être debout (ww.) ; se tenir debout (ww.) |
staan | figurer ; il y a ; rester ; se trouver ; y avoir |
Bronnen: interglot; Wikipedia; ICT-Woordenboek
Voorbeeldzinnen met `staan`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: ogenNL: onderstelNL: passenNL: pootNL: trappenNL: voetNL: zijnNL: zittenUitdrukkingen en gezegdes
NL: staan op
FR: insister (sur qc, pour avoir qc), tenir à NL: hoe
staan de zaken?
FR: comment vont les affaires?NL: dat staat niet
FR: cela ne se fait pasNL: die hoed staat je goed
FR: ce chapeau vous va bienNL: het staat je vrij om
FR: vous êtes libre deNL: daarmee staat of valt de zaak
FR: c'est une question de vie ou de mortNL: hij staat al een uur te wachten
FR: voilà une heure qu'il attend, voilà qu'il est là à attendreNL: gaan
staan
FR: se lever, se mettre deboutNL: op zijn achterste benen gaan
staan
FR: se dresser sur ses ergotsNL: op een tafel gaan
staan
FR: monter sur une tableNL: tegen de muur gaan
staan
FR: s'appuyer au murNL: te
staan komen op
FR: revenir à , valoirNL: alles laten
staan
FR: tout planter là NL: zijn eten laten
staan
FR: ne pas toucher à son dînerNL: laat (dat)
staan
FR: laissez celaNL: laat
staan
FR: moins encoreNL: wat staat er in de krant?
FR: qu'y a-t-il de nouveau dans le journal?NL: als het er zo mee staat
FR: s'il en est ainsiNL: daar staat boete (straf) op
FR: ce fait est passible d'une amende (d'une peine)