Vertaal
Naar andere talen: • opstoken > DEopstoken > ENopstoken > ES
Vertalingen opstoken NL>FR

opstoken

werkw.
Uitspraak:  ɔpstokə(n)]
Verbuigingen:  stookte op (verl.tijd ) heeft opgestookt (volt.deelw.)

1) (brandstof) verbranden - brûler
de hele wintervoorraad opstoken - brûler toute la réserve pour l'hiver

2) (iemand) opgewonden maken waardoor hij of zij iets onverstandigs gaat doen - monter la tête à , exciter
Zijn vrienden hadden hem opgestookt om een auto te stelen. - Ses copains lui avaient monté la tête pour qu'il vole une voiture.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
opstoken (ww.) bouger (ww.) ; tisonner (ww.) ; remuer (ww.) ; ranimer (ww.) ; pousser (ww.) ; mettre de l'huile sur le feu (ww.) ; jeter de l'huile sur le feu (ww.) ; inciter (ww.) ; exciter (ww.) ; encourager (ww.) ; aviver (ww.) ; attiser (ww.) ; ameuter (ww.) ; allumer (ww.) ; agiter (ww.) ; activer (ww.)
het opstoken attisement (m) ; tisonnement (m) ; provocation (v) ; excitation (v)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `opstoken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aanblazen
NL: aanstoken
NL: aanwakkeren
NL: aanzetten
NL: agiteren
NL: opfokken
NL: ophitsen
NL: opjutten
NL: oppoken
NL: opruien