Vertalingen aanstoken NL>FR
aanstoken (ww.) | activer (ww.) ; allumer (ww.) ; ameuter (ww.) ; attiser (ww.) ; encourager (ww.) ; exciter (ww.) ; inciter (ww.) ; ranimer (ww.) ; tisonner (ww.) |
het aanstoken | attisement (m) ; excitation (v) ; provocation (v) ; tisonnement (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `aanstoken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanblazenNL: aanwakkerenNL: aanzettenNL: infecterenNL: opfokkenNL: ophitsenNL: opjuttenNL: oppokenNL: opruienNL: opstokenUitdrukkingen en gezegdes
NL: op
aanstoken van
FR: à l'instigation de